maandag 29 juni 2015

Veteranen

Het verbeteren van de Plan & Control cyclus heeft al jaren aandacht van eigenlijk alle geledingen binnen de gemeente. De gemeenteraad ziet graag leesbare producten in deze cyclus van Voorjaarsnota tot Jaarrekening. Maar het gaat niet alleen om de producten, ook de wijze waarop zij worden behandeld maken hiervan onderdeel uit. Ook het college is van mening dat het beter kan maar ook vanuit de ambtelijke organisatie is er begrip voor verandering. Maar als niet zó? Hoe dan wel? En dan wordt het lastiger. Want het lukt vaak wel om te zeggen wat of hoe je niet wil maar minder eenvoudig is het om te zeggen hoe je het dan wél wilt hebben. Deze week werd ik geïnterviewd door medewerkers van de gemeente die samenwerken in een projectgroep om weer een slag te maken in de verbetering van de P&C Cyclus. Wat mij betreft kan de leesbaarheid van de producten beter, moeten zij meer informatie bieden om ook echt het debat met elkaar aan te gaan, moeten we naar een verbeterd gebruik van Key Performance Indicatoren (KPI's) en moeten we op een andere manier vergaderen zodat het minder of cijfers en meer over keuzes gaat. Het was een geanimeerd maar vooral ook informatief gesprek.

De behandeling van de Voorjaarsnota deze week had een hoogtepunt moeten zijn. Deze bespreking wordt toch wel gezien als een van de belangrijkste in het hele jaar van vergaderen. Bij de behandeling in de commissie liep het qua tijd redelijk uit de hand. En ook tijdens deze vergadering was het spannend. Want ja, als je iedere fractie vijf minuten de tijd geeft voor een algemene beschouwing waarna er vragen kunnen worden gesteld, dan ben je in onze gemeente al gauw anderhalf uur bezig. Als er daarna nog een tweede termijn is, verdere debatten plaatsvinden, enige moties worden ingebracht is het zomaar middernacht voordat je naar huis gaat. Wat mij betreft geeft dat niet, als er dan ook maar goed inhoudelijk is vergaderd. En daar ligt naar mijn mening nog wel wat potentie. Onze gezamenlijke motie over het verzet tegen boringen naar schaliegas ging er vlot door.

Dan was er woensdag de veteranenbijeenkomst in 't Zand. De theaterzaal was volledig gevuld met veel oude(re) maar ook heel jonge mensen. Ik sprak daar een stel dat beide diende in Dutchbat 3 en elkaar later op nieuw hebben ontmoet en nu een gezinnetje vormen met drie leuke kids. Ze wonen in Vreeland. Indrukwekkende verhalen. Respect voor jongelui die op zo'n jonge leeftijd (19 en 23 jaar) hun ideaal volgen en zich inzetten voor vrede en veiligheid zo ver van huis in een vreemd land. Sommigen van hen komen zwaar beschadigd weer thuis. Sommigen redden het uiteindelijk niet en maken een eind aan hun leven. Diep geschokt om zoiets te moeten (aan)horen. Terecht dat we blijven herinneren, gedenken en erkennen.

maandag 22 juni 2015

Journalist Vechtbrug en GenTech

Deze week kwam Peter Huting van RTV Utrecht kennismaken. Hij krijgt een half jaar de tijd om aan te tonen dat Stichtse Vecht ook voor de regio een interessante gemeente is. Er zijn immers wel gemeentegrens overschrijdende aandachtsgebieden waarvan men in Utrecht, Amersfoort of Nieuwegein ook wel wil weten hoe daar in de derde gemeente in de provincie over wordt gedacht. Maar het ging in eerste instantie nu even niet over politieke zaken. Gewoon kennis maken. En dan denk je toch even, 'Het is wel een journalist die tegenover mij zit'. Ik ben het gesprek aangegaan en het was een prettig gesprek. Inmiddels Peter ook enige keren bij commissievergaderingen en raadsvergaderingen gezien. Toch wel aardig dat we toch ook wat bekendheid gaan krijgen over de grens. Ik begrijp ook dat RTV Utrecht graag de samenwerking aangaat met RTV Stichtse Vecht en de gedrukte pers zoals VAR Nieuws en De Vechtstroom. Mij lijkt dat iedereen hier beter van kan worden. Ik hoop op een goede samenwerking zoals die er overigens ook al is met alle journalisten.

Soms zijn er toezeggingen gedaan maar er blijft dan toch iets schuren. Zoiets was ook het geval met de 2e Vechtbrug in Breukelen. Door antwoorden op de vragen die wij hadden gesteld naar aanleiding van de Voorjaarsnota kreeg ik de indruk dat er mogelijk een te directe link wordt gelegd tussen de uitkomst van de evaluatie van de Brugstraat en de 2e Vechtbrug. Ook Streekbelangen was enigszins verontrust geraakt. Dus we hebben een gesprekje gehad met de wethouder. Daarin deed hij gestand wat in de raad aan de orde is geweest,  raad ook hadden besloten. Vóór 2017 dient er een besluit te zijn inzake een tweede Vechtbrug, anders is de kans groot dat de BRU de bijdrage van 2 miljoen zal intrekken. De evaluatie van de in 2015 genomen maatregelen in de Brugstraat zal in mei of juni 2016 worden uitgevoerd. Dan is er ook de uitkomst van een onderzoek naar alternatieven voor een 2e Vechtbrug.

Die dinsdag was er ook een commissievergadering waarin onder andere GenTech aan de orde kwam. Uiteenzettingen van Dirk Stemerding van het Rathenau Instituut, Dorine Kea van LTO-Noord en Wim Dijkman van Centrum Landbouw en Milieu. En deze organisaties zitten duidelijk niet op één lijn of zijn er (ook) nog niet uit als het gaat om de inzet van GenTech in de landbouw. Mijn indruk was dat de algemene stemming onder de aanwezig commissieleden neigde naar  voorlopig maar even niet in Stichtse Vecht'. Natuurlijk zijn er ook principiële redenen om tegen genetische manipulatie te zijn. Maar onder de liberale fracties waren er ook die zich niet op hun gemak voelen bij de gedachte dat je ingrijpt in een systeem wat zou complex is en in balans lijkt te zijn. Daarnaast lijken we allemaal ook wel gevoelig voor de gedachte dat biologische bedrijven niet zomaar kunnen worden gevrijwaard en dat dus hen het ondernemen op een onderscheidende wijze wordt ontnomen. En hoe wil Stichtse Vecht te boek staan, dat groene gebied tussen Amsterdam en Utrecht?

woensdag 17 juni 2015

Van kantoor naar woning

Vorige week op dinsdag tijdens de commissievergadering een bespreking van de Voorjaarsnota in drie delen. Om te voorkomen dat je langdradige monologen en eindeloze discussies krijgt heb ik geprobeerd voor mijzelf duidelijk te krijgen wat nu de belangrijkste punten zijn bij de verschillende onderdelen. Jammer dat het eerste onderdeel al drie uur in beslag nam, terwijl dat nergens voor nodig was. Er was in de helft van de tijd ook volop ruimte geweest voor zinnig debat. Dat het zo laat werd was niet nodig.

Voor het eerste deel met betrekking tot Bestuur en Financiën was  dat naar onze mening de samenwerking met inwoners, in het bijzonder die welke zijn vorm krijgt in samenwerking met dorpsraden en wijkteams. Ook al wordt er binnenkort een informatieve sessie gewijd aan dit onderwerp, het is voor ons een belangrijk onderwerp waarop we de nadruk willen leggen, juist bij de behandeling van de Voorjaarsnota. Wij vinden dat het gebiedsgericht werken volop aandacht blijft vergen. De gemeente heeft deze werkwijze nog maar kortgeleden ingezet en is in het najaar van 2014 geëvalueerd. Dat was positief maar er kwamen ook veel suggesties ter verbetering uit en wij hebben onze ambitie als het gaat om maatwerk nog niet gerealiseerd, variabele convenanten met wijkteams en dorpsraden.

Wat het Fysiek Domein betreft heb ik onze focus gelegd bij financieel toegankelijke huurwoningen. In combinatie met het grote aantal leegstaande kantoren ligt hier echter een grote kans. Maar er komt ook een nieuwe uitdaging op ons af, een toestroom van vluchtelingen. Zij krijgen in veel gevallen voorrang op huurwoningen. Dit zorgt inmiddels voor toenemende onrust onder inwoners. We moeten daarop niet reageren met de vraag welke verzoeken we wel of niet honoreren maar wat ervoor nodig is om deze uitdagingen het hoofd te bieden. Wij willen de wethouder in specifieke situaties en onder voorwaarden de ruimte geven af te wijken van fingerend beleid. In bepaalde gevallen kan een lagere norm (die nog binnen wettelijke eisen valt) het ombouwen naar woningen mogelijk maken.

Met het Sociaal Domein zijn we de afgelopen jaren uitgebreid bezig geweest. Dus ik verwachtte op dit onderwerp geen uitgebreid debat meer. Daarom ervoor gekozen om toch door te gaan hoewel het al zeer laat was. Preventie en vroegsignalering blijft het belangrijkste aandachtpunt wat ons betreft. En dan niet zozeer omdat die werkwijze uiteindelijk economisch de meest voordelige aanpak is maar omdat je wenst dat mensen niet in ongewenste situaties komen waar we dat hadden kunnen voorkomen door middel van preventie en vroegsignalering.

maandag 8 juni 2015

Voorkomen beter dan genezen

Deze week was de herijking van het minimabeleid in de commissie aan de orde. In deze nota komen meerdere van onze standpunten als fractie tot uiting. Niet zozeer misschien in heel specifieke punten die worden genoemd als wel in de algehele aanpak. Eigen kracht en samenredzaamheid waar mogelijk. Dicht bij het gezin staan met hulp waar nodig. Snel en adequaat reageren op urgente situaties. Voorkomen is beter dan genezen. Hieruit spreek dat de samenleving weer meer het heft in eigen handen krijgt waar dat ook passend is en de overheid bijspringt waar het niet anders kan. Dit sluit aan bij ons beeld van hoe de samenleving zou kunnen functioneren. Daar waar je zelf de zaken op orde brengt heb je voldoening en ontwikkel je nieuwe kracht om de volgende stap te zetten. De WMO raad constateert echter nog een andere ontwikkeling die mogelijk niet valt binnen de scope van het minima beleid, de sociale woningmarkt.

We moeten ons als raad echt eens wat concreter gaan opstellen waar het aankomt op sociale woningen. Had ik het een eerdere posting in deze blog nog over 'Huisvesting in eigen hand', inmiddels vormt zich een idee in mijn gedachten om het woningaanbod in onze gemeente een impuls te geven. Er zijn vast wel inwoners die  goede ideeën hebben over het organiseren van prijsvragen. In co-creatie zouden zij met de gemeente een prijsvraag kunnen organiseren waarbij men voorstellen kan doen hoe bestaande leegstaande kantoorgebouwen op een duurzame, maatschappelijk aantrekkelijke en economisch haalbare wijze beschikbaar kunnen maken voor de woningmarkt. Er zijn vast inwoners en bedrijven die vanwege hun vakkennis kunnen inschrijven op zo'n prijsvraag en mogelijk de eerste prijs in de wacht  slepen, de uitvoering van het gedane voorstel. Hiermee kunnen we als gemeente vast wel wat. 'Maakt dit een kans?' We zijn vast niet de eerste gemeente die op een dergelijk creatieve manier een hardnekkig probleem probeert aan te pakken. En er zijn er vast ook wel die daarmee succes hebben gehad/ Ik zal een voorstel uitwerken.

Maar deze week de fietsbrug in Nigtevecht. Nou ja, een bestemmingsplan om de aanleg daarvan op grond van Stichtse Vecht mogelijk te maken. Een beladen onderwerp, zoals wel vaker de afgelopen tijd, denk maar aan de snelheid op de Oost-Kanaaldijk, waar wij overigens in de raadsvergadering van 31 maart onze beweegredenen hebben uiteengezet om uiteindelijk toch voor 60 km/uur te gaan. Soms zijn er meer geluidsopnames nodig om een volledig beeld van het verloop te krijgen. Maar wat de fietsbrug betreft, er is toch best wel animo voor deze brug, ook onder de bewoners. Het is de wijze waarop die verschillende inwoners in het verkeerde keelgat is geschoten. Maar is dat een reden om dan nu helemaal tegen een fietsbrug te zijn. Zijn er mogelijk alsnog condities te noemen waaronder het toch mogelijk zou moeten zijn? Wij vinden dit als fractie geen eenvoudig dossier.

dinsdag 2 juni 2015

Verbinden en ondernemen!

Bij mijn vorige blog ben ik niet ingegaan op een experimenteersessie van de training Verbindend en Ondernemend Samenwerken. Doel van deze training voor ambtenaren is hen beter in staat stellen samen te werken met interne en externe partijen in een veranderende samenleving en bij een veranderende rol van de gemeente. De “casus Nieuwer Ter Aa” werd gebruikt, in het bijzonder de overdracht van onderhoudsgelden van de gemeente naar Stichting Behoud Leefbaarheid Nieuwer Ter Aa, die beheerstaken van de gemeente overneemt voor een duurzame (betaalbare) exploitatie van het Dorpshuis. Bij deze expirimenteersessie waren wethouder Verkroost, Irene Huisman (omgevingsmanager) en een delegatie van het Bestuur van Stichting Behoud Leefbaarheid Nieuwer Ter Aa aanwezig en natuurlijk een grote groep ambtenaren van de groep 'grijs'. Ik merk dat er grote bereidheid is maar ook gezonde scepsis bij het invoeren van deze nieuwe werkwijze. Aan de ene kant de regels die voorschrijven hoe iets moet en aan de andere kant het verzoek om verbindend, ondernemend en naar eigen oordeel reageren op voorkomende situaties. Ik zie in dat dát soms knap lastig is. Als raadslid kan ik daar volgens de ambtenaren aan bijdragen door onder andere in ons programma ons uit te spreken en meer contact met de werkvloer te onderhouden.

Inmiddels bestaat de Voedselbank al weer bijna drie jaar. Het is ongelofelijk wat er in de afgelopen twee en een half jaar allemaal is gebeurd. Er hebben zich zoveel vrijwilligers spontaan aangemeld, het heeft zoveel los gemaakt in de samenleving van Stichtse Vecht, en er zijn ook al zoveel deelnemers (tijdelijk) geholpen uit een benarde of soms uitzichtloos lijkende situatie. Vooral de hoop op een betere toekomst die bij deelnemers weer terugkeert. Zij voelen zich gesteund door het pakket dat zij wekelijks krijgen maar veel meer nog door de persoonlijke aandacht, interesse, een opbeurend woord, een glimlach, een schouder om even je hoofd op te leggen. Het is duidelijk niet alleen goed voor de deelnemers maar ook voor de vele vrijwilligers die zich waardevol weten door het aandeel dat zij in het grotere geheel leveren. Het is goed om als raadslid niet alleen met bestuur van de gemeente of politiek bezig te zijn maar ook direct betrokken te zijn bij initiatieven in de samenleving.

En over initiatieven gesproken. In mijn posting 'Stille week' kon u lezen over de oprichting van het comité Nationale Ouderendag in Breukelen en Loenen. Deze afgelopen week stond er een mooi artikel in de VAR over dit initiatief. Ik vind het bijzondere om mee te mogen maken dat het bij elkaar brengen van mensen tot zoiets moois kon leiden. Soms zelf je handen uit de mouwen steken, soms mensen met elkaar in contact brengen. Volgens mij is dat de participatieve samenleving in actie. En er gebeurt nog zoveel meer in Stichtse Vecht! Nee, u hoorde mij niet zeggen 'We zijn klaar' maar 'Het kan!' en 'We zijn op de goede weg!'